Mijn moeder zit in het buitenland, wat nu?
Een noodkreet?
Het lijkt wel een noodkreet die bij een telefonische hulplijn binnenkomt. In de kern is het wel een vraag waar het in de medezeggenschap tegenwoordig vaak om draait. Wat is nog over van de rol nog van de OR bij bedrijven waarvan de moeder in het buitenland zit? Want globalisering, of – recenter – de rol van hedge funds en private equity, hebben de zeggenschap binnen bedrijven opgesplitst, waardoor het steeds moeilijker wordt om na te gaan wie nu precies aan de touwtjes trekt. Wat betekent dat voor de medezeggenschap, de ondernemingsraden? Heeft de OR dan nog kansen om invloed uit te oefenen? Of is het dan echt “einde oefening”?
Mogelijkheden
Geen “einde oefening”, maar aan de slag! Het kost moeite en de weg is (nog) niet altijd eenvoudig, maar toch. Op De volgende mogelijkheden passeren de revue:
- Buitenlandclausule of gewoon 25.1:
Om eerst maar dicht bij huis te blijven. De WOR kent de buitenlandclausule die het adviesrecht beperkt. Als de onderneming een besluit neemt ten aanzien van buitenlandse vestigingen is er slechts adviesrecht voor zover er gevolgen optreden in Nederland. Echter de buitenlandclausule geldt niet voor besluiten, die in het buitenland worden genomen en wel invloed hebben op de Nederlandse vestiging. In dat geval heeft de OR gewoon adviesrechten!
- Informatierecht:
Een optie is het informatierecht dat de WOR de ondernemingsraad biedt. Deze wordt helemaal niet door de buitenlandclausule beperkt.
- Toerekening:
Steeds vaker schiet de Ondernemingskamer of zelfs Hoge Raad in zijn vonnissen ondernemingsraden te hulp: medeondernemerschap en toerekening zijn begrippen die in de Nederlandse praktijk hun intrede hebben gedaan. Kort gezegd: een in het buitenland genomen besluit met consequenties in Nederland kan aan de Nederlandse ondernemer toegerekend worden. Waarmee besluitvorming valt onder de bepalingen van de WOR.
- Convenant:
Tot slot bestaat de mogelijkheid voor OR-en om convenanten met hun ondernemers af te sluiten. Dat moet goed voorbereid worden en je moet weten wat je wilt. Maar eenmaal vastgelegd met de handtekeningen eronder en een stuk medezeggenschap is over het afgesproken onderwerp vastgesteld. Voorbeelden hiervan zijn Tata Steel en Cap Gemini (beiden met Europees overschrijdende medezeggenschapsorganen).
Er zijn nog een aantal varianten te noemen, maar die zijn voor de dagelijkse praktijk van ondernemingsraden nog wat abstract te noemen. Maar dat betekent niet dat je je als OR de kop in het zand kan steken. Netwerkontwikkeling, samenwerking met de vakbonden en Europese Ondernemingsraden (EOR) zijn nu al noodzakelijk voor de OR. En er zijn al voorbeelden bekend van OR-en die Europees overstijgende medezeggenschap uitoefenen. Volgt medezeggenschap nog altijd de zeggenschap? De moeder zit in het buitenland, dat wel. Maar dat is nu precies de uitdaging waarvoor de 21e eeuwse OR zich geplaatst ziet. In het belang van medewerkers en bedrijven.
Lees meer over medezeggenschap:
https://www.merlijngroep.nl/blog/hoeveel-tijd-mag-je-besteden-aan-de-medezeggenschap/